Skip to main content

Digitaal zichtbaar

“Je bent zo weinig zichtbaar de laatste maanden”.

Nee, ik was niet ziek of op vakantie. Ik had me ook niet verstopt en was ook niet depressief of onherkenbaar over straat gegaan. Het was ook niet mijn ega die me teleurgesteld en kritisch terecht wees (bij ons thuis steekt er eerder gejuich op als ik aankondig dat ik een avond weg ben). Nee, de uitspraak kwam van een trainer, een man waar ik als trainingsacteur vaak mee samenwerk en die ik dus ook regelmatig zie.
Ik vroeg hem wat hij bedoelde.


“Nee joh ik bedoel digitaal. Digitaal zichtbaar. Ik mis je soms op sociale media”. Wat volgde was een ernstig gezicht en een mini preek. Ik twitterde te weinig, plaatste weinig op instagram (‘insta, je weet toch’) en mijn bijdrages op LinkedIn waren ook te mager. “ En ik ben niet de enige die dat vind”. Hij was nog niet klaar. Het zou toch zo goed zijn voor mijn werk als trainingsacteur, meer bekendheid geven aan mijn werkzaamheden en wie weet wel nieuw werk opleveren. Inspanningen op sociale media zouden het vak als trainingsacteur ook meer zichtbaarheid kunnen geven, want velen weten vaak onvoldoende wat TA’s doen. Ik vertelde hem dat hij daar gelijk in had maar dat ik daar niet altijd zin in heb. “Ik kom ook vaak op locaties die niet te pruimen zijn. Moet ik daar dan een gezellige foto van maken? En daarbij: filmen tijdens trainingen wordt meestal niet op prijs gesteld”, pareerde ik ook.


Wat ik hem vertelde was waar, maar niet helemaal. Ik denk er vaak niet aan en ik vind het stiekem ook wel eens lastig. Lastig om na een leuke werkdag nog iets te typen wat hout snijdt, wat leuk is om te melden, zonder dat het te bedacht is of te ver van mezelf af staat. Het zit ook niet zo in mijn systeem, in mijn karakter. Zoiets moet het zijn. Misschien ligt het ook wel aan mijn katholieke opvoeding, waarbij het erin is geslagen om steeds na te denken over de dingen die je doet en verantwoording af te leggen (via een zeepkist van de NVvT je ouders nog de schuld te kunnen geven van digitale afwezigheid. Best knap. Ik geef het je te doen).
Maar goed. Mijn skills op sociale media zijn al jaren aan ontwikkeling toe. In het verleden heb ik wel eens een ondernemersavond bezocht om het profileren op sociale media te leren. Waar het dan vaak op neerkwam was dat alle aanwezigen echt moesten veranderen en meer moesten doen om succesvol te zijn op sociale media met als doel meer geld te verdienen. Dit alles uitgelegd door een iets te vrolijke ijdeltuit die uitsluitend open deuren intrapt en achteraf zo’n 3000,- factureert voor zijn clichématige teksten en te bedachte grappen. Zo eentje die zo nu en dan ook best wel interessante tips geeft maar die je niet hoort omdat zijn voorkomen en opmerkelijke gedrag zo afleidt.


Leren van collega’s op dit vlak helpt me ook vaak niet. Ik vind het vaak interessant en positief wat zij posten, maar het zet mij kennelijk niet aan om vaker digitaal op te vallen en te vertellen wat ik doe of heb gedaan.
Wat ik wel leuk vind is zo nu en dan een stukje te schrijven of te bloggen op mijn eigen site om over mijn werk of andere essentiële zaken te vertellen (vrouwen, buurtborrels, ‘fake’ poëzie, kleine steden, weerberichten).


Maar bovenal vind ik mijn werk leuk, vooral om elke keer weer andere organisaties en afdelingen binnen te stappen om met onbekende mensen samen te werken, gedrag te onderzoeken, kwaliteiten van mensen te zien en ze ervaringen te laten opdoen in de hoop dat hun werk leuk blijft en/of leuker wordt.
Het contact met collega’s vind ik ook te gek. Je ziet elkaar doorgaans eerder niet dan wel en als je elkaar ziet is het altijd heel prettig. Afgelopen week was het weer prijs op de nieuwjaarsbijeenkomst van de NVvT waarbij de zin en onzin van het leven intens werd besproken. Zo weet ik weer hoe kinderen opgevoed moeten worden, hoe ik moet speeddaten, heb ik gemerkt hoe kranig iemand herstelt van een ziekte, weet ik hoe je ook naar rapper boef kan kijken (het kan), hoe anderen hun werk beleven, dat het gedoogd is om Marokkaanse accenten na te doen en hoe ik digitaal beter zichtbaar kan worden. Als een blije kleuter reed ik naar huis, omdat ik zoveel nieuwsgierigheid en verbinding had gezien en zoveel pret had gehad.

Ik heb er niet over getwitterd.